EEN GEESTELIJKE LEVENSWEG
De ‘Boodschap van de Barmhartige Liefde van Jezus’ is voor ons een geestelijke levensweg die ons doordringt met de geest die eigen is aan het Legioen Kleine Zielen. Tegelijkertijd is zij het middel tot verspreiding: door de Boodschap maken we het Legioen bekend. Het is trouwens gebleken dat de actieve en invloedrijke leden van onze Vereniging die mensen zijn, die de moeite hebben genomen de Boodschap met groeiende waardering te lezen, te herlezen en te overwegen.
Dit hoofdstuk heeft enkel tot doel dat we de Boodschap nog meer zouden waarderen. Wij gaan in op de volgende vragen:
- Wat is de kern van de Boodschap?
- Welke zijn haar vruchten?
- Is haar groei verzekerd?
- Welke zijn haar eisen?
- Welke rol wordt Marguerite toebedeeld?
1. Wat is de kern van de Boodschap
1.1. Zij is:
Een liefdeboodschap
”… Ik zend u mijn Liefdeboodschap.” 4.11.66.
“Ik zeg u: Ik heb aan de wereld een Boodschap van liefde en van barmhartigheid geschonken.” 31.5.67.
”Daar mijn Boodschap gebaseerd is op de liefde, kan Ik u enkel over liefde spreken. ” 8.3.67.
De Heer vraagt aan de zijnen een nieuwe bloeitijd van liefde, een apostolaat van liefde en een verdieping in de kennis van de liefde.
”De verarming van de geesten maakt een nieuwe bloeitijd van mijn liefde noodzakelijk. Om de mensen aan de immer nieuwe waarheid te herinneren, zend Ik u mijn Liefdeboodschap. Verdiept de leer van de Boodschap en past ze toe.” 4.11.66.
Een vereenvoudiging van de liefde
“Niemand mag zich verzetten tegen deze vereenvoudiging van de liefde die Ik verlang en die zich in deze tijd opdringt.” 15.2.67.
Een nieuwigheid
”Deze Boodschap is zeker een nieuwigheid. Maar deze nieuwigheid sluit aan bij de eeuwigdurende Waarheid.” 19.4.67
Een stroom van liefde
”De Boodschap is een stroom van liefde over de wereld.” 23.7.68.
1.2. Andere eigenschappen van de Boodschap
Een goddelijke straal
“Als mijn Boodschap wordt onthaald zoals het hoort, dan zal deze de goddelijke straal zijn die de mensheid met een hevige liefdevlam zal in vuur zetten.” 29.3.68.
De stem van de Heer
“Mijn stem komt tot u door deze Liefdeboodschap.” 3.6.68.
De weg van de besluitelozen
“Ze is de weg voor de besluitelozen, voor hen die gebukt gaan onder het huidige tegenstrijdig heden, ze is de vertroosting voor de gekwetste harten die in de geweldige beroering van deze tijd vereenzaamd zijn.” 23.7.68.
Evangeliebladzijden
“Het zijn Evangeliebladzijden. Ik laat niets weg van wat geweest is en van wat is. Weest nederig genoeg om uzelf te herkennen in deze Boodschap. De ene of andere passage is voor u bestemd. Ontdekt ze in het licht van mijn genade.” 24.4.69.
Het zegel van de Heer
“Men heeft reeds gebeten in de vrucht die Ik in u voortgebracht heb. Het bewijs is geleverd, want Ik heb mijn zegel erop gedrukt.” (De glans van waarheid die de Boodschap uitstraalt.)
Een betwist onderwerp
“De Boodschap is een betwist onderwerp, maar haar uitstraling wordt ruimer.” 5.10. 67.
Trouw aan de geest van het Concilie
“De onaantastbaarheid van mijn Boodschap verstoort geenszins de structuur van de waarheden zoals ze door het Concilie werd opgebouwd; deze waarheden worden er alleen maar bevattelijker door voor ieder verstand… Ze is het Hooglied van de huidige tijd, toegankelijk voor allen en speciaal voor de kleine zielen.” 15.9.66.
1.3. Het doel van de Boodschap
“Ziehier het doel van mijn Boodschap: grondiger kennis van mijn liefde voor de mensen.” 29.1.67.
”De Boodschap is inderdaad de voortzetting van de Teresiaanse werking in de zielen.” (die zelf haar oorsprong vindt in het Evangelie) 22.6. 71.
En daardoor wil zij ons brengen tot de goddelijke intimiteit.
”Deze Boodschap toont de zielen de intimiteit van een God en zijn schepsel. Er kan geen intimiteit zijn zonder dat zij met elkaar versmelten. Dit gesprek tussen Mij en u hoeft niemand aanstoot te geven. Het toont een heel bijzonder aspect van mijn liefde voor allen en dit aspect trekt hen zeer sterk naar Mij toe, want allen hebben het gevoel dat mijn liefde hen op het oog heeft‘.” 29.7.70.
1.4. Wat de Boodschap niet is
”Wie hoopt in deze Boodschap ‘openbaringen’ te vinden zal ontgoocheld zijn. Bezorgdheid om gebed en boete, zelfovergave aan de Liefde: ziedaar wat Ik u opleg.” 12.2.67.
2. Welke zijn haar vruchten?
2.1. Zij zal de zielen verwarmen en hen overstelpen met genaden.
“Door de verspreiding van de Boodschap zal de ziel van hen die dorsten naar goddelijke liefde met weldaden overstelpt worden. Zij zullen het nodige licht krijgen. De verspreiding zal de anderen doen nadenken en tot inkeer aansporen.” 6.5.67.
2.2. Een levensboek
“Wat is ons liefdegedicht schoon. Ik beloof dat al wie daar zijn levensboek van maakt reeds op deze wereld vergoed zal worden met een overvloed van bijzondere genaden.” 9.8.66.
“De zielen die mijn Liefdeboodschap met geloof aanhoren, zullen allen door een bovennatuurlijke vurige ijver bezield zijn.” 11.9.66.
3. De Boodschap moet verspreid worden
We kunnen ons afvragen of de Boodschap toekomstperspectieven biedt, ofwel, zoals zoveel andere dingen, slechts een kortstondig strovuurtje is.
3.1. Zij zal ruim verspreid worden.
“De Liefdeboodschap aan de kleine zielen is voorbestemd om ruim verspreid te worden over de wereld.” 14.8.66.
“Het is nog maar een riet dat beeft in de wind. Maar dit zal geenszins beletten, dat het een stevige en gezonde boom wordt met overvloedige vruchten, en mijn kleine kinderen zullen zich aan het voedend sap verzadigen. Zijn vruchten zullen vruchten van heiligheid zijn voor de Kerk.” 22.3. 67.
”… het ondernomen Werk zal groeien zoals de kinderen der mensen.” 24.4.67.
“De trage start is het onderpand van haar hoge morele en geestelijke waarde. Wat ge doen kunt, doe dat met spoed. Want de vijand blijft niet werkeloos.” 13.10.67.
“Mijn liefdeboodschap zal triomferen in de zielen.” 12.1.67.
”Hoe belangrijker het Werk is, en hoe meer goed het kan doen, des te meer hindernissen zal het ontmoeten. Maar vrees niets. Ik zal de hindernissen één voor één opruimen.” 15. 2.67.
3.2. Het beloofde succes is afhankelijk van de inspanningen die de Kleine Zielen leveren om haar bekend te maken.
“U die Ik uitverkoren heb vraag Ik veel. Mijn Boodschap moet bekend raken.” 2.9.66.
”Hoe zou mijn Boodschap kunnen bijdragen tot mijn glorie, als zij niet gekend zou zijn?” 13.3.67.
”De Boodschap is niet bestemd voor de groten die verlangen grootte blijven, maar wel voor mijn kleine lammeren. Haar lering zal enkel diegenen raken die een hart hebben dat in staat is te beminnen.” 16.12.66.
”Mijn kleine zielen moeten de Boodschap kennen en deze vruchtbaar maken door hun apostolaat.” 20.9.67.
“De Boodschap zal zich over de wereld uitspreiden als morgendauw, ze zal troost brengen, de weg wijzen en de vrede teruggeven aan de onrustige zielen.” 12.12.67.
“… de Boodschap remt de verwarring af. Verspreid ze met bekwame spoed. Vele zielen zullen erdoor gered worden. ” 26.1.68.
4. Welke zijn haar eisen?
Het is belangrijk dat wij niet met de armen overeen blijven zitten: dat zou betekenen dat wij de Boodschap verloochenen en de gekregen talenten in de grond stoppen.
”Gij zijt ook schatplichtig aan de Boodschap. Weest met vurige ijver wat ge zijn moet: levende zoenoffers.” 21.11.66.
”Verdiept de leer van de Boodschap en past ze toe.” 4.11.66.
”Wat Ik vraag: offers, gebeden, verstervingen; levendiger Mariaverering; ijver voor de rozenkrans die overal dient hervat te worden” 29.1.67.
5. De rol van Marguerite
5.1.
“Gij zijt mijn geliefd kind, dat Ik uitverkoren heb om mijn Liefdeboodschap door te geven. Vertrouw op Mij. Bewaar mijn Woord in uw hart.” 31.5.66.
“Uw zending: mijn Liefdeboodschap bekendmaken en doen waarderen bij de enen, ze in herinnering brengen bij de anderen die ze gekend hebben en vergeten zijn.” 1.8.66.
5.2. Zij zal haar zending niet vervullen zonder kruis.
”De uitverkiezing om mijn Liefdeboodschap aan de wereld te brengen beschut u niet tegen de aanvallen van de vijand. Maar zijn gebrul zal bedwongen worden door de Geest van Waarheid die van uw geschriften uitgaat.” 16.11.67.
5.3. Marguerite heeft trouwens tastbare tekens gekregen van de authenticiteit van de Boodschap.
”Hebt ge nog andere blijken van mijn welwillendheid nodig om uw angst en vrees tot bedaren te brengen?” (Dit naar aanleiding van een bijzonder gesprek over de bovennatuurlijke oorsprong van de Boodschap en bekomen in extremis) 19.4.67.
De Heer vraagt, dat wij ons bewust worden van het feit dat wij in de Boodschap een ware schat bezitten die niet in de vergeethoek mag belanden. Als wij erin geloven – en het tegendeel zou abnormaal en absurd zijn voor een Kleine Ziel – dan moeten wij haar benutten op de manier waarop Jezus spreekt in de parabel van de talenten. Dit betekent: de Boodschap beleven.
”Beleef intens mijn Liefdeboodschap. Wees trouw aan de genade.” 9.2.67.
“Als ge mijn de Boodschap beleeft, wordt haar waarachtigheid duidelijk.” 6.5.68.
“Het is juist, dat men de Boodschap intens moet beleven, dat men in zich de tegenzin en de ontmoediging, die elke deugdzame werking verlammen, moet tot zwijgen brengen, dat men trouw moet zijn in kleine dingen om de genade te verwerven die toelaat er grotere te verwezenlijken.” 7.7.67.
Door onze edelmoedige medewerking, zullen wij in staat zijn de geest van de Boodschap uit te stralen en tevens de warmte van de liefde, die ontspringt aan het Hart van God. Hij alleen kan onze harten van ijs doen smelten. Zo zullen wij er op een efficiënte wijze toe bijdragen dat de arme zondaars een Liefde ontdekken, die ze meestal niet hadden kunnen vermoeden. En alleen zo zullen wij de verlangens van de liefdevolle Harten van Onze Lieve Heer en zijn H. Moeder tevreden stellen. In een geest van dankbaarheid om alles wat Zij aan het Legioen Kleine Zielen gegeven hebben.
Uit; De gedachten van Jezus’ Hart, R. Jaouen C.M., Uittreksels uit de Boodschap van de Barmhartige Liefde aan de Kleine Zielen, blz. 7-10.
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.