7de zondag van Pasen
In dit afscheidsgebed richt Jezus een reeks gebeden tot zijn Vader voor zijn leerlingen. Wat opmerkelijk is, is dat naast het verzoek om eenheid in geloof en liefde, de nadruk ook ligt op vreugde: “Dat zij Mijn vreugde ten volle mogen bezitten.”
Wat bedoelde Jezus met Zijn vreugde?
Die vreugde komt voort uit de eenheid van heel Zijn wezen met Zijn hemelse Vader. Jezus wist ook wel dat deze aarde de kenmerken van een tranendal draagt, maar alle boosheid en lijden van deze wereld kon Hem de vreugde van Zijn eenheid in liefde met de Vader niet ontnemen. Daarom bidt Hij ook voor ons “opdat wij zijn vreugde ten volle mogen bezitten”, opdat wij mogen putten uit die onuitputtelijke bron van liefde en eenheid met God de Vader, die de stuwkracht moge zijn van onze gang naar de hemelse Vader en naar onze medemensen.
Jezus zendt Zijn leerlingen uit opdat zij in deze wereld deze vreugde zullen uitdragen.
Het hele verlossingswerk van Jezus en zijn Blijde Boodschap dienen het toekomstige doel: “dat zij de volmaakte vreugde mogen ervaren die Wij hebben.”
Een kenmerk van Jezus’ volgelingen is hun innerlijke vreugde. Is het mogelijk dat echt geloof en daadwerkelijke liefde niet vreugdevol zijn? Geloof, hoop, liefde en vreugde zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. De heiligen die de eenheid en liefde met God in Jezus volledig hebben beleefd, hebben ook Zijn vreugde ervaren en deze aan anderen doorgegeven. Denk maar aan Sint Franciscus van Assisi, die vreugdevoller werd naarmate hij meer in de voetsporen van Jezus trad.
Paus Johannes Paulus I, die als de lachende paus de geschiedenis is ingegaan, zei: “Een glimlach op het gezicht van een priester is veel meer waard dan een lange preek”.
Als blije, lachende mensen kunnen wij bewijzen dat de navolging van Jezus ons met vreugde vervult.
Wij mogen de kleine vreugden van de gewone dag daarbij niet verwaarlozen: een vogel die fluit, het zonnelicht dat glinstert in een dauwdruppel, een kind dat lacht. Er zijn zoveel dingen die ons vreugde kunnen schenken. Jezus heeft zelf water in vreugdewijn veranderd op de bruiloft van Kana. Hij wil dat wij leven en vreugde bezitten in overvloed.
Wie deze vreugde heeft, kan niet anders dan zijn medemensen liefhebben. Om echt van vreugde te genieten, moet je die immers kunnen delen met anderen. Willen we op aarde gelukkig zijn, dan moeten we anderen vreugde schenken, want de vreugde die we uitdelen komt dubbel terug in ons eigen hart. Onheil, schuld, zonde, lijden en dood kunnen die vreugde niet wegnemen.
Kunnen christenen elkaar deze vreugde schenken, de vreugde die niemand hen kan afnemen?
Je moet ingelogd zijn om een reactie te plaatsen.